VCA

1.1 Wat betekent VCA?

VCA-certificering is bedoeld voor bedrijven, zodat er Pagina bekijkeneen gezonde en veilige werkomgeving voor  werknemers ontstaat:
VCA staat voor:
VGM (veiligheid, gezondheid en milieu)
Checklist
Aannemers

Een bedrijf moet een veiligheidsmanagementsysteem hebben om aan te tonen dat er voldoende aandacht is voor: veiligheid, gezondheid en milieu.

Het doel van de VCA-certificatie is het voorkomen van incidenten (ongeval met of zonder schade of letsel).

VCA is van toepassing op risicovolle bedrijven/werkzaamheden, zoals fabrieken, installaties en de bouw. Er zijn drie niveaus VCA

1. VCA * (één ster) = Voor bedrijven met minder dan 35 werknemers.

2. VCA ** (twee sterren) = VCA * + veiligheidsstructuren en systemen van het bedrijf worden beoordeeld. VCA ** is bedoeld voor grotere bedrijven die ook als hoofdaannemer optreden.

3. VCA Petrochemie = VCA ** + aanvullende eisen

Veel bedrijven eisen van de onderaannemers (ingehuurde bedrijven) om VCA gecertificeerd te zijn. Dat betekent dat alle werknemers van de onderaannemers een VCA-diploma moeten hebben.

De volgende diploma’s VCA zijn er:

B-VCA = voor uitvoerende werknemers = basisveiligheid VCA

VOL-VCA = voor leidinggevende werknemers

VCU = voor uitzendorganisaties = (bijna gelijk aan VOL-VCA met informatie voor intercedenten)

VCO = voor opdrachtgevers

Voor de VCU-uitzendorganisatie is er een checklist beschikbaar om ‘nieuwe’ werknemers goed voor te kunnen lichten over de veiligheid, gezondheid en het milieu bij hun toekomstige baan.

Ook opdrachtgevers hebben een belangrijke rol op het gebied van veiligheid, gezondheid en milieu. Om deze reden is de VCO-certificering van belang.

VCO staat voor: Veiligheid, gezondheid en milieu Checklist Opdrachtgevers.

1.2 Veiligheidspaspoort

Werknemers in de (petro)chemie hebben meestal een veiligheidspaspoort. Hierin staan de volgende persoonlijke zaken vermeld: opleidingen, trainingen en medische zaken, zoals inentingen.

Er zijn ook specifieke risicovolle werkzaamheden (bijvoorbeeld steigerbouw of vorkheftruck). Hiervoor heeft de Stichting Samenwerken Voor Veiligheid (SSVV) een aparte opleiding en examen verplicht gesteld. Deze aparte opleidingen staan in de SSVV-opleidingsgids (SOG). De SSVV is de uitvinder en de beheerder van het VCA-systeem.

1.3 Wetgeving VCA

Veiligheid en gezondheid (V&G) bestaat uit:

1 Arbowet

2 Arbeidstijdenwet

3 Milieuwetgeving

4 Europese richtlijnen

1. Arbowet

Arbowet = Arbeidsomstandighedenwet

De Arbowet regelt dat de veiligheid zowel een taak is voor de werkgever en werknemer.

Deze wetgeving is belangrijk, omdat er jaarlijks 100 doden, 3000 zware ongevallen en 200.000 ongevallen op het werk gebeuren.

Om de arbeidsomstandigheden te verbeteren, vinden er twee overleggen plaats.

• VGM-bijeenkomsten = toolbox-meeting = de werkgever en werknemer kijken naar verbeteringen met betrekking tot de veiligheid.

• Werkgever en werknemersvertegenwoordiging. In dit overleg zitten ook deskundigen op gebied van veiligheid.

2. Arbeidstijdenwet (ATW)

In de arbeidstijdenwet staan regels over de werk- en rusttijden. Per leeftijdscategorie staat beschreven wat de maximale werktijd is. De overheidsinspectie Veiligheid en Gezondheid (voorheen was dit de arbeidsinspectie) controleert de naleving van de arbeidstijdenwet.

3. Milieuwetgeving

Uitstoot, gevaarlijke stoffen en/of afvalstoffen zijn belangrijke onderwerpen in de milieuwetgeving. Het doel is om de mens te beschermen tegen schadelijke effecten van activiteiten. Een werknemer kan ingrijpen door:

– de productieprocessen aan te passen.

– zuinig om te gaan met energie.

– zuinig om te gaan met (natuurlijke) hulpbronnen.

4. Europese richtlijnen

De meeste Europese richtlijnen zijn opgenomen in de Nederlandse wet.

De CE-markeringen geven aan dat een product (bijvoorbeeld gereedschappen) aan de Europese richtlijnen voldoet. CE betekent Conformité Européanne (in overeenstemming met Europese regelgeving).

Als het logo op een apparaat staat, dan voldoet het aan de minimale Europese richtlijnen. Een fabrikant of importeur van arbeidsmiddelen moeten verplicht een CE-markering op het product aanbrengen. Een product wat niet aan de CE normen voldoet mag niet op de markt gebracht worden

1.4 Rechten en plichten

Door een samenwerking tussen de werkgever en de werknemer kan de werkplek worden verbeterd, zodat:

1. er geen (of minder) gevaar voor de gezondheid van de werknemer is.

2. ongevallen voorkomen worden.

3. er geen seksuele intimidatie of agressie op de werkvloer plaatsvindt.

4. het milieu zoveel mogelijk gespaard wordt.

De plichten van de werkgever zijn o.a.:

– Opstellen globaal preventieplan en V&G jaarplan.

– Voorkomen van zoveel mogelijk risico’s

– Een risico-inventarisatie en evaluatie (RI&E) maken.

– Werkzaamheden laten verrichten zonder nadeel voor gezondheid en veiligheid.

– Gevaren bij de bron bestrijden.

– Een ziekteverzuimbeleid voeren.

– Beschermings- en veiligheidsmiddelen verstrekken.

– Vluchtwegen duidelijk aangeven en vluchtoefeningen houden.

– Voorlichting geven over veilig werken.

– Toolbox-meetings organiseren.

– Gezondheidsonderzoeken van werknemers regelen.

– Eén of meer veiligheidsdeskundigen aanstellen.

– Veiligheidsmaatregelen nemen voor werknemers op andere locaties en voor bezoekers op locatie (ook voor omwonenden).

De plichten van de operationeel leidinggevende zijn o.a.:

– Voorstellen en adviezen geven aan de werkgever.

– Ongevallen en incidenten onderzoeken.

– Controle op de PBM’s.

– Advies inwinnen bij preventiediensten.

– Bij werknemers verifiëren of ze vakbekwaam zijn.

– Controle naleving instructies.

– Toezicht op werknemers dat ze informatie begrijpen en in de praktijk brengen.

– Ontvangen van startende werknemers (en koppelt aan ervaren werknemer).

– Uitvoeren veiligheidsinspecties.

– Toolbox-meetings organiseren.

De plichten van de werknemer zijn o.a.:

– Gevaarlijke stoffen en andere middelen op de juiste manier gebruiken.

– PBM’s gebruiken = persoonlijke beschermingsmiddelen.

– Veiligheidsvoorlichting en toolbox-meetings volgen.

– Bijdragen aan het veiligheidsbeleid.

– Ongevallen en bijna ongevallen melden (bij de leidinggevende).

– Gevaarlijke en ongezonde situaties direct bij de leidinggevende melden.

De rechten van de werknemer zijn o.a.:

– Inspraak.

– Recht op informatie en opleiding

Een veilige werkomgeving.

– Een gezonde werkomgeving.

– Werkonderbreking bij gevaar.

Werkonderbreking mag bij:

1. een ernstig gevaarlijke situatie.

2. geen tijd om de melding te maken (bij de leidinggevende).

De werkonderbreking wordt direct bij de leidinggevende gemeld.

Het is verplicht om het werk te onderbreken indien er zich een ernstig gevaarlijke situatie voordoet. Er staat een boete op bij het in gebreke blijven hiervan.

1.5 Voorlichting geven aan werknemers

Een werknemer moet regelmatig worden geïnformeerd op zijn eigen niveau (zodat hij de informatie begrijpt) maar altijd bij:

– aanvang van de werkzaamheden

– overplaatsing van werkzaamheden

– verandering van arbeidsmiddelen

– wijziging werkproces of technologie

Er wordt tenminste besproken bij de voorlichting of opleiding over:

– veiligheid

– gezondheid & welzijn

– gevaren op de werkplek

– voorschriften die gevolgd moeten worden (opgesteld door werkgever)

Motivatie werknemers

Gemotiveerde werknemers bevorderen de veiligheid. Houd hier als leidinggevende rekening mee.

1. Verkrijg inzicht in de capaciteit van de werknemers.

2. Geef opdrachten op het niveau van de werknemers (niet boven of onder het niveau).

3. Luister naar wensen, voorstellen en meningen van werknemers.

4. Geef je mening over de werknemers als leidinggevende (ook op gebied van veiligheid, gezondheid en milieu VGM).

5. Geef het goede voorbeeld.

Voorlichting nieuwe werknemers

Nieuwe werknemers moeten de regels van het bedrijf leren kennen. In de voorlichting nieuwe werknemers bespreek je als leidinggevende een algemeen deel en een specifiek deel.

De algemene voorlichting gaat over:

– veiligheid & gezondheidsregels bedrijf

– voorschriften brand & alarm

– meldingsprocedure ongevallen en onveilige situaties

– richtlijnen bij ongevallen

– persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)

Specifieke voorlichting gaat over:

– gevaren op de werkplek

– maatregelen

– veiligheids- en gezondheidsregels

– gevarenzones (evacuatieroutes etc.)

– informatie over de nieuwe werkplek

1.6 Uitzendkrachten

Een uitzendkracht heeft dezelfde regels als de andere werknemers. Dezelfde wetgeving is van toepassing. Het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s) is gelijk etc.

Algemene voorlichting wordt gegeven door het uitzendbureau.

Specifieke voorlichting wordt gegeven door de inlener (werkgever/werkplek)

Belangrijke algemene voorlichting:

– contactpersoon uitzendorganisatie

– beleidsverklaring van uitzendorganisatie

– PBM’s

– voorlichting over bijvoorbeeld pictogrammen

– functie-eisen

– toelichting vergunningensysteem

– documentatie aan uitzendkracht overhandigen

1.7 Overheidsinspectiedienst Sociale Zaken en werkgelegenheid

De inspectiedienst SZW (vroeger arbeidsinspectie) controleert de Arbowet en arbeidstijdenwet. Als er een melding, klacht, vergunningaanvraag of ongeval is, voert de overheidsinspectiedienst een controle uit.

De overheidsinspectiedienst veiligheid en gezondheid heeft de volgende bevoegdheden:

1. Toegang tot alle gebouwen om te controleren en meten.

2. Mag vragen naar legitimatiebewijzen.

3. Kan eisen dat de Arbowet nageleefd wordt.

4. Kan werk stil leggen.

5. Kan een bestuurlijke boete opleggen

. Kan een proces-verbaal opmaken.

Er wordt onderscheid gemaakt tussen overtredingen en misdrijven.

Overtredingen

Bij kleine overtredingen kan een waarschuwing of een eis tot naleving voldoende zijn. Ook kan er een boete opgelegd worden.

Misdrijven

Als er een misdrijf of zeer ernstige overtreding is geconstateerd, dan kan er een proces-verbaal worden opgemaakt en doorgestuurd naar Justitie. Justitie bepaalt verder wat de stappen (of boetebedragen) inhouden.

1.8 Werkvergunningen

Er wordt regelmatig met onderaannemers gewerkt. Deze onderaannemers zijn vaak onbekend met het productieproces en de risico’s waar ze werkzaam zijn. Het werken met werkafspraken is in deze situatie van belang. De onderaannemers mogen zonder een vergunning niet aan het werk. Er wordt een werkvergunningsysteem gebruikt om afspraken vast te leggen. Bij speciale werkzaamheden zijn aanvullende werkvergunningen noodzakelijk!

De werkvergunning bestaat uit 4 onderdelen.

1. Gevraagde werkzaamheden.

2. Maatregelen voorgeschreven door verstrekker.

3. Maatregelen te nemen door de werknemer.

4. Ondertekening.

Waarom een werkvergunning? = DOELEN!

– Er heeft een werkoverleg plaatsgevonden tussen betrokken van het werk.

– Er zijn afspraken gemaakt over hoe het werk uitgevoerd gaat worden.

– Er is formeel toestemming gegeven om het werk uit te voeren.

Wat staat er in een werkvergunning? = INHOUD

• De geldigheidsduur (vaak één dag)

• wie het werk uitvoert

• welke werkzaamheden

• de voorwaarden van het werk

• de toestemming bij de start van de werkzaamheden

• maatregelen, bijvoorbeeld PBM’s

• hoe de werkplek achter te laten

• voorwaarden voor de verlening van de vergunning (bijvoorbeeld

Vca-certificering).

Bij de vergunningverlening gaat het om drie personen:

(1) vergunningverstrekker (2) houder en (3) uitvoerder van het werk.

Vergunningverstrekker Deze afdeling die verantwoordelijk is voor het verstrekken van een vergunning.

Houder (vaak de leidinggevende)

Uitvoerder van het werk (werknemers)

Vergunningverstrekker Houder Uitvoerder van het werk
Controleren vrijstelling van de installatie Uitleg geven aan de uitvoerder van het werk.  Inhoud van de vergunning kennen
Bespreken werkzaamheden met de houder Toezicht dat het werk volgens de vergunning wordt uitgevoerd. Aan de voorwaarden van de vergunning houden.
Voorwaarden en maatregelen bespreken met de houder. Zorgen dat de vergunning ter plaatse is De maatregelen treffen zoals in de vergunning staat vermeld.
Ondertekenen van de vergunning. Ondertekenen van de vergunning. Alleen werken als de vergunning geldig is.
Vaststellen dat metingen zijn verricht (indien van toepassing)

1.9 Vergunning specifieke werkzaamheden

Voor bepaalde werkzaamheden is er een speciale vergunning nodig. De werkzaamheden hebben extra risico’s, waardoor een aanvullende vergunning nodig kan zijn. Ook deze vergunning wordt ondertekend en dient op de werklocatie beschikbaar te zijn. Het gaat onder andere in de volgende situaties:

– het betreden van een besloten ruimte

– brandgevaarlijk werk

– graven in vervuilde ondergrond

– werken met stralingsbronnen

– hijswerkzaamheden boven installaties

– werken met asbesthoudend materiaal

– werken met gevaarlijke stoffen

– werken op hoogte

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *